Een cluboverstijgend dagtoernooi zorgt voor ledenbehoud onder de jeugd én een goede samenwerking tussen verschillende verenigingen in Gelderland. Yannick van de Pol (tennisschool YA Tennis Academy) en Koen van Dijck (voorzitter TV de Oorsprong uit Beek) vertellen over het succesvolle concept ‘Grand Slam-event’ .
“Het gaat om verbinden.” Yannick van de Pol, eigenaar van tennisschool YA Tennis Academy in Nijmegen, is er duidelijk over. Zijn rol bij TPV De Oorsprong in Beek en de vier andere verenigingen waar hij en zijn collega’s lesgeven, gaat veel verder dan alleen trainingsuren. “Ik zag bij verenigingen in Beek en omgeving regelmatig gebeuren dat competitieteams niet rondkwamen en kinderen afhaakten. Toen bedacht ik: als ik een tennisschool start en een verbinder tussen die verenigingen kan zijn, kunnen we samenwerken en zorgen dat zoveel mogelijk kinderen blijven tennissen.” Nu, jaren later, is het ‘Grand Slam event’ een belangrijk product van die samenwerking.
Van de Pol runt de YA Tennis Academy samen met compagnon Alexander Elfrink, die zijn loopbaan als tennisleraar in 2015 begon bij TV PIT in Millingen. Hij doet zijn verhaal samen met Koen van Dijck, voorzitter van TPV de Oorsprong in Beek. Je zou De Oorsprong kunnen bestempelen als de uitvalsbasis van YA Academy, die inmiddels naast De Oorsprong ook TV Leuth, TV PIT (Millingen), SVO Tennis (Ooij) en sinds kort TV Berg en Dal bedient met zijn trainers.
“Wij zagen zelf een recente stijging van het aantal leden door de aanleg van padelbanen”, vertelt Van Dijck. “Wij zitten nu op zo’n 550 leden, waarvan 90 jeugdleden. Voor verenigingen in de dorpen hier zijn de groeimogelijkheden echter beperkt. Dan zijn de inspanningen van Yannick en zijn tennisschool, met het jaarlijkse schooltennis en andere jeugdevenementen, heel belangrijk.”
Zelf Grand Slams organiseren
Met die evenementen, zoals leuke toernooien en een jeugdkamp, bind je jeugdleden aan de vereniging en aan de sport, weet Van de Pol. Vanuit dat principe bedacht hij ook het Grand Slam-event. “Ik kwam erachter dat heel veel kinderen de Grand Slam-toernooien niet volgden en vaak niet eens kenden. Hoe kan dat zo zijn? Hoe mooi zou het zijn om zelf de Grand Slam-toernooien te organiseren, samen met de verenigingen waarmee ik toch al samenwerk?!”
Het moest een dagtoernooi worden dat plaatsvond op drie verschillende verenigingen. Roland Garros op het gravel van TV Ooij, Wimbledon op het kunstgras van TV Berg en Dal en de US Open op het smashcourt van TPV De Oorsprong. De afstanden tussen de verenigingen zijn beperkt, dus onderdeel van het plan was ook om samen met de deelnemende kinderen de verschillende verenigingen aan te doen op de fiets. Na een eerste editie van het toernooi in 2023 met 35 deelnemers, deden deze zomer al 53 spelers mee. “We doen dit voor de kinderen in ‘Groen’ en ‘Geel’. De kinderen in Tenniskids Rood en Oranje spelen ook, maar dan wel op één locatie.”
Gewonnen games
De kinderen spelen op de eerste twee verenigingen enkel- en dubbelwedstrijden (in wisselende samenstellingen), in poules. Daarbij kunnen ze winnen of verliezen, maar het draait vooral om de gewonnen games. Alle gewonnen games, in enkel- en dubbelspel worden bij elkaar opgeteld en de beste spelers komen uit in de finales tijdens de US Open op de banen van TPV De Oorsprong. “Met deze telling hebben alle kinderen een persoonlijke prestatie om trots op te zijn. Op de US Open komt alles samen. Daar worden de finales gespeeld, blijft iedereen kijken en worden uiteindelijk de prijzen uitgereikt. Dat is een geweldig slot.”
Een dagtoernooi is, naast de planningtechnische voordelen, een ideale opzet voor de jeugd, weet Van de Pol. “De deelnemers gaan veel intensiever en meer gefocust spelen. Bovendien gaan ze op die ene dag veel de baan op, ze spelen toch minimaal vier à vijf wedstrijden.”
‘Het gaat haast als vanzelf’
Elk Grand Slam-toernooi heeft zijn eigen aankleding, zoals Franse vlaggen en een croissant voor ontbijt op Roland Garros, aardbeien met room op Wimbledon en hamburgers met friet op de US Open. Voor de organisatie op de verschillende locaties is vrijwillige inzet nodig en die is lang niet altijd makkelijk te vinden. Maar, zo ervaart Van de Pol, bij het Grand Slam-event gaat het eigenlijk vanzelf.
“Wij kondigen aan; we organiseren weer een Grand Slam, doen jullie mee? Clubs gaan dan zelf aan de slag, zijn heel enthousiast. Voor de laatste editie ging een mevrouw naar de bakker voor croissants, vroeg zij om een bepaalde korting omdat het voor een toernooi was en kwam als vanzelf een gesprek over een sponsorconstructie voor het toernooi tot stand. Ik hoef daar weinig aan te doen.”
“Dat moet je anders zien”, vult Van Dijck aan. “Omdat jij werkt op jouw manier, het hele jaar nauw contact onderhoudt met de verenigingen en de verschillende commissies, komt kijken bij jeugdtoernooien, willen de verenigingen jou graag helpen.”
Zoek de verbinding
In de activiteiten naast de lesuren gaat veel tijd zitten en daar heeft Van de Pol dan ook heldere afspraken over gemaakt met de verenigingen. Van Dijck: “Dan gaat het over taakuren. We spreken samen af welke zaken wij belangrijk vinden en daar maken we budget voor vrij. Laat duidelijk zijn; Yannick schrijft echt niet elk uurtje, maar het kan ook niet zo zijn dat hij alle inzet naast de lessen uit eigen zak moet betalen.”
Het Grand Slam-event is een groot succes, maar verder groeien is geen doel voor Van de Pol. “We doen dit puur voor de verenigingen in de directe omgeving, zodat we gezamenlijk de jeugd iets meer kunnen bieden. Zoals wij het nu doen, kunnen de spelers bovendien samen op de fiets naar de verschillende verenigingen. Dat is een belangrijk element van dit evenement. Tegen andere clubbestuurders en trainers zou ik wil zeggen, zoek contact met elkaar en kijk wat je samen kunt doen, waar je kunt verbinden. Dan maakt het eigenlijk niet veel uit hoeveel kinderen van een club meedoen aan een evenement, want je doet het samen voor de tennisjeugd.”