KNLTB Tenniskids TOF kaart aan tas

“We kunnen samen écht zorgen voor groei in aantal jeugdtennissers” - Eén jaar Tenniskids TOF

Zo’n 40.000 spelerskaarten hangen inmiddels aan de tennistassen van jeugdspelers in Nederland. De spelerskaart is het belangrijkste kenmerk van Tenniskids TOF, het nieuwe Tenniskidsprogramma dat de KNTLB in 2023 introduceerde. Wat zijn de ervaringen tot nu toe? Wat zijn de voordelen voor de leraren, kinderen en ouders? En, wat is de stip op de horizon? Een gesprek met Alexander Nonnekes, Manager Marketing bij de KNLTB, en tennisleraar Glenn Smits. “Wanneer kunnen we weer experience points halen?”

Dit artikel is verschenen in Centre Court Magazine, nr. 1 van 2024. Lees het hele magazine digitaal.

Het is een van de grootste uitdagingen voor veel sporten: kinderen in de eerste jaren van hun lidmaatschap betrokken houden bij de sport. Dat geldt ook voor de KNLTB. De uitstroom is in die periode relatief groot. “Dat gaat niet direct veranderen”, zegt Alexander Nonnekes, Manager Marketing bij de tennis- en padelbond. “Maar er is wel een aantal zaken die we kunnen aanpakken. Dat doen we onder meer met Tenniskids TOF.”

‘Bolletjes verdienen’

Veel leraren en verenigingsfunctionarissenzijn inmiddels bekend met Tenniskids TOF, dat staat voor Trainings Ontwikkelings Fases en geldt als uitbreiding van het reguliere Tenniskidsprogramma. Een korte samenvatting: kinderen ontvangen een spelerskaart in de kleur waarin ze spelen. Met deze kaart krijgen zowel de ouders als het kind inzicht in welke fase van de ontwikkeling een kind zit. Kinderen worden uitgedaagd om van level naar level te gaan, wat motiverend werkt. Daarbij wordt niet alleen gekeken naar techniek en tactiek, maar ook naar sociale en mentale vaardigheden. Daarnaast kunnen kinderen op de achterkant van de kaart, de zogeheten participatiekaart, ‘bolletjes verdienen’. Die krijgen ze als ze aanwezig zijn bij bijvoorbeeld de tennisles, clubactiviteiten of vrij hebben gespeeld.

Structuur

De KNLTB introduceerde het programma in 2023 onder leraren en verenigingen. Nonnekes noemt de belangrijkste aanleidingen. “Leraren vroegen al langere tijd aan de KNLTB om meer structuur voor het lesgeven aan de jongste kinderen. Het handboek van Tenniskids TOF helpt daarbij. Daarin staat precies uitgeschreven welke eisen horen bij welke fase. Daarnaast vinden leraren in de Leraren App een breed scala aan oefeningen, voorbeelden en tips.” Nonnekes stelt verder dat het programma ouders en kinderen meer inzicht geeft. “Zij zien op deze manier waar ze naartoe werken en waar ze zich bevinden in hun ontwikkeling. Op die manier is dat een stuk duidelijker voor ouders én houden we hen beter betrokken.” Een extra voordeel van Tenniskids TOF is dat op termijn de competitie-indeling beter georganiseerd wordt. “De KNLTB is er voorstander van dat kinderen wedstrijdjes spelen. Uit cijfers blijkt namelijk dat kinderen die alleen tennisles volgen, eerder stoppen. Tegelijkertijd hebben we te maken met behoorlijke niveauverschillen bij jeugdcompetities. En dat werkt in sommige gevallen juist demotiverend. Dat kunnen we maar op één manier oplossen: inzichtelijk maken in hoeverre de kinderen ontwikkeld zijn.”

Digitale kaart

Om dat in kaart te krijgen, wordt leraren gevraagd om ook de digitale kaart in te vullen. De meerderheid van de leraren doet dat nu nog niet. Voor nu is dat geen ramp, laat Nonnekes weten. “Maar in 2026 gaan we de jeugdcompetitie indelen op basis van de voortgang in Tenniskids TOF. Dan verwachten we wel van de leraren dat ze dit invullen. Overigens: het is niet veel werk, in één minuutje is het gepiept. En daarbij: als kinderen op hun eigen niveau competitie spelen, is dat voor de leraar natuurlijk ook fijn.”

Tallon Griekspoor

Op basis van die ingevulde data kan de KNLTB de kinderen en hun ouders ook persoonlijkere berichten sturen. De gegevens laten dan namelijk niet alleen zien hoe oud iemand is en in welke kleur hij speelt, maar ook hoe goed iemand ongeveer is én wat hij die middag oefende in de training. “Stel je voor: een kind volgde op woensdagmiddag een les waar de service centraal stond. Dan kunnen wij ’s avonds een filmpje sturen hoe een 8-jarige Tallon Griekspoor zijn service oefende. Zover zijn we nog niet, maar dat is dé manier om kinderen en ouders persoonlijk te betrekken bij de ontwikkeling. Ik kan me voorstellen dat leraren daar ook blij van worden.”

Afkruisen

‘Glenn, wanneer kunnen we weer experience points halen? Of: ‘Ik heb woensdag vrij gespeeld, kan ik dat afkruisen?’ Met dit soort vragen komen de kinderen naar de les bij Glenn Smits, tennisleraar bij LTC Rhoon en LTC Spijkenisse. Samen met zijn compagnon Pieter Snijder organiseert en verzorgt hij op die verenigingen de tennislessen. Omdat hij Stefan Weeda, een van de initiatiefnemers van Tenniskids TOF, persoonlijk kent, werkt hij al jaren via de methode. “Voor de kinderen is het leuk om naar doelen te werken. Als ze die halen, krijgen ze een extra stip op de kaart. Dat werkt motiverend. Ik merk ook dat kinderen vaker vrij gaan spelen, zodat ze ook stippen verdienen op de achterkant van de kaart. Kinderen zijn nu buiten de lessen om veel gemotiveerder om iets te doen. Naast vrij spelen gaat het dan vooral om clubactiviteiten en toernooitjes.’

Autonomie

Smits, die drie jaar geleden nog de nummer 304 van de wereld was in het dubbelspel, vertelt dat zijn pupillen met het Tenniskids TOF-programma meer autonomie hebben. “Voorheen had ik altijd zelf de leiding over een training, waarbij ik een technisch of tactisch aspect benadrukte. Nu komen kinderen zelf naar me toe. Dan zeggen ze: ‘Ik zie op mijn kaart dat ik mijn service nog moet oefenen. Kunnen we dat vandaag doen?’ Ik merk heel duidelijk dat kinderen meer betrokken zijn.” Nonnekes haalde het al aan: de Leraren App is goed gevuld met oefenvormen, filmpjes en tips. Smits maakt er veel gebruik van. “Het is makkelijk om oefeningen te vinden die horen bij de fase die je wil oefenen. En ja, in het begin kost het meer voorbereidingstijd. Welke oefenvormen ga ik doen? Welke materialen horen daarbij? Maar uiteindelijk gaat de kwaliteit van de les wel omhoog.”

Investering

Het is lastig om exact te zeggen hoeveel leraren met Tenniskids TOF werken en in welke mate ze dat doen. Wat wel duidelijk is: zo’n 1.000 leraren meldden zich aan om in het systeem te kunnen. Daarnaast zijn bij de KNLTB al zo’n 40.000 spelerskaarten besteld. Nonnekes: “Dat is een behoorlijke investering, want die worden gratis beschikbaar gesteld. Net zoals het materiaal overigens. Als je dat vandaag bestelt, heb je het de volgende dag in huis”, zegt Nonnekes.

Stappen zetten

Het programma, dat ook een variant krijgt voor padel en rolstoeltennis, zit nog in de aanvangsfase. Maar de stip op de horizon is duidelijk. Nonnekes: “Over vijf jaar hebben alle kinderen les volgens de Tenniskids TOF-methode, is de betrokkenheid van ouders en kinderen gegroeid, wordt de jeugdcompetitie volgens Tenniskids TOF ingedeeld én sturen we op basis van de data kinderen en ouders voortdurend leuke berichten. We zijn dan helemaal in de belevingswereld van het kind gekropen. Voor leraren is het dus niet de vraag óf ze met Tenniskids TOF gaan werken, maar wanneer. We, leraren, verenigingen en KNLTB, kunnen samen écht zorgen voor groei in het aantal jeugdtennissers. We hebben het zelf in de hand, maar moeten het samen doen.”